Integrated Marine Informations System - IMIS

Personen | Instituten | Publicaties | Projecten | Datasets | Kaarten
[ meld een fout in dit record ]mandje (0): toevoegen | toon Print deze pagina

Visstand in de Oosterschelde - augustus 1999
Maandag, H. (1999). Visstand in de Oosterschelde - augustus 1999. Graduate Thesis. Hogeschool Zeeland: Yerseke. 18 pp.

Beschikbaar in  Auteur 
Documenttype: Doctoraat/Thesis/Eindwerk

Trefwoorden
    Environments > Aquatic environment > Pelagic environment
    Water > Brackish water
    Pisces [WoRMS]
    ANE, Nederland, Oosterschelde [Marine Regions]
    Brak water

Auteur  Top 

Abstract
    Vanuit de amateurvisserij is naar voren gekomen dat er na het voltooien van de Oosterscheldewerken minder (plat) vis wordt gevangen. Dit is de aanleiding geweest voor het CEMO om het visonderzoek weer op te starten.In de nazomer van 1999 heeft het CEMO op 14 plaatsen in de Oosterschelde gemonsterd met een boomkor. Deze monstername vond plaats op dezelfde wijze als het voorgaande onderzoek in de periode 1983 - 1990. Het aantal oude locaties is teruggebracht van 36 naar 12 (plus 2 nieuwe locaties). De reductie in aantalmonsterplaatsen vond plaats omdat uit het voorgaande onderzoek is gebleken dat er weinig plaatsverschillen zijn. Het gebruikte net is een boomkor van 3 m met een effectieve breedte van 2,70m. De maaswijdte is 12 mm in de kuil van het net. De meeste trekken waren 1000m lang. Vergeleken met de eerste periode (1983-1990) is de dichtheid in 1999 erg hoog. Het zijn vooral grondels die dit jaar veel voor komen. Kabeljauwachtigen en Zeebaarsachtigen komen iets meer voor dan de andere jaren. In de noordelijke tak van de Oosterschelde zijn twee nieuwe locaties bemonsterd. Op deze locaties is de dichtheid wel 4 tot 5 maal hoger dan op de andere plaatsen. Het zijn vooral grondels die hier veel voorkomen, misschien dankzij het iets minder zoutewater. Op de meest noordelijke locatie komen tevens veel haringachtigen voor, waarschijnlijk is hier gewoon bij toeval een school gevangen. Het terugbrengen van het aantal locaties van 36 naar 12 kan een maximaal verschilvan 40% in de dichtheid opleveren. Gemiddeld is het verschil 17%. Het gevangen aantal soorten is theoretisch bij 12 locaties ongeveer 15% lager dan bij 36 locaties.

Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid Top | Auteur