De Vlaamse overheden worden telkens weer geconfronteerd met vragen rond de toegankelijkheid van havens en waterwegen voor marginale schepen, dit zijn schepen waarvan de horizontale afmetingen of de diepgang die zeer groot zijn in verhouding tot hun vaaromgeving. Gelijktijdig neemt het aantal grote binnenschepen sterk toe, zodat de interferentie en interactie met de zeevaart een aandachtspunt is.
Ten behoeve van deze doelstellingen van het departement MOW voor de havens en scheepvaart heeft het Waterbouwkundig Laboratorium de opdracht om de veilige en vlotte scheepvaart naar de Vlaamse havens te bevorderen door
het wetenschappelijk onderbouwen van de criteria die gehanteerd worden voor het al dan niet toelaten van schepen op de trajecten naar de Vlaamse Havens;
het onderzoeken van het manoeuvreergedrag van deze schepen, gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek op de sleeptank;
de uitvoerbaarheid van de manoeuvres te testen in functie van stroming, wind, snelheid, sleepbootassistentie e.d. door manoeuvreersimulaties in samenwerking met de loodsen.
Naast het technisch op peil houden en verbeteren van deze onderzoeksinstrumenten en het uitwerken van procedures voor het bepalen van de risico’s en toelaatbaarheid van de marginale schepen, moet ook de kennis die verworven wordt met al deze projecten bewaard worden, toegankelijk gehouden worden, uitgebouwd worden en versterkt worden (leveraged) door binnenlandse en internationale contacten en uitwisseling.
Daarvoor is het nodig een kenniscentrum "varen in ondiep en beperkt water" ("manoeuvring in shallow and confined water") op te richten, aansluitend bij het Waterbouwkundig Laboratorium (Flanders Hydraulics Research).
All data in the Integrated Marine Information System (IMIS) is subject to the VLIZ privacy policy